De betrokkenheid van studenten bij de besteding van het geld uit het leenstelsel blijft te veel onderbelicht in het rapport van de Commissie Evaluatie Prestatiebekostiging dat vandaag gepresenteerd werd. Ook stelt de commissie voor dat het basisbeursgeld niet alleen naar onderwijs gaat, maar ook naar onderzoek en valorisatie. Studentenorganisaties LSVb en ISO vinden dat onacceptabel, omdat was beloofd dat het geld alleen naar kwaliteit van hoger onderwijs zou gaan. De commissie, onder leiding van Wim van de Donk, vergeet die belofte en vergeet om studenten inspraak in te geven. LSVb-voorzitter Jarmo Berkhout: ‘Dit is verbijsterend. De basisbeurs is wegbezuinigd om te investeren in onderwijs, maar met de voorstellen van deze commissie gaan studenten daar helemaal niks van terug zien.’
De studenten hebben een duidelijke boodschap afgegeven aan het kabinet: elke euro van het basisbeursgeld moet in de kwaliteit van onderwijs terecht moet komen. Echter, de commissie Van de Donk ziet liever dat universiteiten en hogescholen gaan paraderen met onderzoek en externe samenwerkingen op kosten van de student. En dat gaat lijnrecht tegen de afspraken in. ISO-Voorzitter Jan Sinnige: ‘Ons is een belofte gedaan toen de basisbeurs is afgeschaft: studenten gaan dat geld terugzien en mogen daar zelf over besluiten. Deze commissie heeft wel plaatjes van studenten in het rapport gezet, maar daar houdt de studentbetrokkenheid wel op.’
Daarom nemen niet alleen de studentenorganisaties, maar ook de VSNU en de Vereniging Hogescholen afstand van het voorstel van de commissie Van de Donk om de middelen van het studievoorschot breder in te zetten dan voor onderwijskwaliteit alleen. Op 19 december hebben de vier organisaties een gemeenschappelijke agenda uitgebracht met concrete ambities voor de kwaliteit van het hoger onderwijs. Deze waren gericht op intensief en kleinschalig onderwijs, betere begeleiding van studenten, onderwijsfaciliteiten en professionalisering van docenten. Dit heeft absolute prioriteit, zo benadrukken ISO en LSVb.
Voor zorgvuldige besluitvorming is tijd nodig. In de komende maanden, met het oog op de formatie van een nieuw kabinet, gaan de studentenorganisaties graag samen met de VSNU en de Vereniging Hogescholen de dialoog aan met de politiek over de toekomst van het hoger onderwijs. Eén ding moet daarbij op zijn minst zeker zijn: het geld uit de basisbeurs gaat naar de kwaliteit van het onderwijs en naar niks anders.